Na een periode die ruim 200 dagen in beslag heeft genomen zijn de Nederlandse politieke leiders eindelijk tot een poltitieke overeenkomst gekomen, die is vastgelegd in een politiek akkoord, hetregeerakkoord genaamd. Zij hebben hiermee een record gevestigd, want het heeft nog nooit zo lang geduurd om een kabinet te formeren. Drie van de belangrijkste onderhandelaars hebben besloten om geen ministerspost te aanvaarden, maar plaats te nemen in de Tweede Kamer, de volksvertenwoordiging. Nu Nederland een systeem heeft omhelsd, dat bekend staat als het kabinetstelsel, ligt het zwaartepunt van het politiek stelsel bij de volkvertegenwoordiging, die door het uitspreken van steun met een (ruime) meerderheid (met een motie van vertrouwen) de Regering in het zadel kan helpen en met het dreigen met een motie van wantrouwen de Regering naar huis kan sturen. Tijdens de normaliter vier (4) jaar durende rit kan/ kunnen de leiders van de koalitie vanuit de volksvertegenwoordiging de frakties in toom proberen te houden en leiden, zoals in Engeland de Chief Whip moet voorkomen dat individuele leden eigen standpunten innemen en zonodig afwijkend van de fraktie stemmen en zo de Regering onnodig in gevaar kunnen brengen. Het voorgaande geeft aan, dat er een nauwe samenwerking behoort te bestaan tussen de leider van het kabinet en voorzitters van de regeringsfrakties. Als de leiders van de regeringsfrakties bovendien ook nog voorzitter zijn van hun poltieke partij dan is de samenwerking des te gevoeliger! Wij wensen de Nederlandse nieuwe regering met een meerderheid, die gebaseerd is op de steun van één zetel in de volksvertegenwoordiging veel succes. Het Surinaams systeem, dat ik al eerder heb besproken in deze rubriek, heeft een heel andere samenstelling. De verkiezing van de President en de vice-President met een meerderheid van tweederde (2/3) van het grondwettelijk aantal leden van De Nationale Assemblee zijn de openingszetten, het mandaat voor de vorming van een Regering. De leden zijn aan de President verantwoordelijkheid verschuldigd en blijven aan zolang hij vertrouwen in hen stelt en heeft. Onder zijn leiding zijn zij in het collectief verband van de Regering (art. 116 Grw. 1982) verantwoording verschuldigd aan de volksvertegenwoordiging. Noch het geschreven grondwettellijk recht noch de ongeschreven regels, het Surinaams constitutioneel recht, geven noch verbinden enige sanktie hieraan!
Van het recht om de begroting in één meer verschillende wetten te formuleren en vervatten is gebruik gemaakt bij de indiening op de grondwettelijk voorgeschreven wijze. Artikel 156 lid 3 van de Grondwetschrijft voor:” De begroting wordt jaarlijks in één of meer wetsvoorstellenin overeensteming met de wet en het ontwikkelingsprogramma door de Regering aangeboden uiterlijk op de eerste werkdag in oktober.” (einde citaat.)N.B. De begroting is de raming van het financieel-ekonomisch beleid van de Regering in cijfers uitgedrukt. Deze wetten zijn een instruktienorm gericht en bedoeld voor de Regering – en de Regering alleen - om op verantwoorde wijze de toegestane bedragen uit te geven, de verplichte inkomsten te innen en de economie van het land op verantwoorde wijze in te richten en te ontwikkelen. De begroting is dt jaar in afwijking van de vorige jaren in één wet ingediend. De debatten, die hierna zijn gepland zullen de bedoelingen van de Regering nader vorm en inhoud geven en de cijfers verklaren voor de burgers. De goedkeuring van de volksvertegenwoordiging is een noodzakelijke voorwaarde om tot uitgaven te mogen overgaan.