Schrijversgroep '77

Laten we beginnen met de Trefossa lezing die u hebt gepresenteerd.

Hoe is dat gegaan? Het thema was toen: “Surinaamse vrouw in de Literatuur”

Hoe moeilijk of makkelijk was het om een lezing daarover te verzorgen? Hoe is het gegaan?

http://www.nieuws-suriname.nl/surinaamse-vrouw-in-de-literatuur-thema-trefossa-lezing/

‘Surinaamse vrouw in de literatuur’ thema Trefossa-lezing

Portret van de Surinaamse dichter Trefossa (ps. van Henri de Ziel), gemaakt door de in Suriname werkzame fotograaf Nicolaas Porter. ‘De Surinaamse Vrouw in de Literatuur’. Dit is het thema van de Trefossa-lezing, die op donderdag 15 januari aanstaande op de Trefossa- avond 2015 wordt gehouden. Deze activiteit wordt georganiseerd door het bestuur van de Henri Frans de Ziel Stichting en N.V. Self Reliance. Op deze avond zal ook de uitreiking van de Henri Frans de Ziel Cultuurprijs 2015 geschieden. Het geheel vindt plaats in het Self Reliance Auditorium aan de Heerenstraat. De inleider tijdens de lezing is mevrouw dr. Cynthia Abrahams, Taalkundige. Op 3 februari aanstaande wordt de 40ste sterfdag van Henri Frans de Ziel herdacht. Henri Frans de Ziel, pseudoniem Trefossa, werd geboren op 15 januari 1916. Hij was onderwijzer, redacteur en bibliothecaris. Hij schreef het volkslied van de Republiek Suriname. Wat Trefossa kon, deed hij met taal. Door alle Surinamers één taal te geven, wilde hij eenheid in het land brengen. De boodschap die Surinamers te vertellen hadden, moest worden gehoord. En ze moest worden uitgesproken in een ‘eenheidstaal’ die alle verschillende bevolkingsgroepen met elkaar zou verbinden. Trefossa maakte duidelijk dat de Surinaamse taal, het Sranan, meer was dan een soort Negerengels, slaven- of markttaal. Hij maakte er literatuur van, verdichtte de werkelijkheid in het ‘Sranan’ en bedacht nieuwe woorden. ln het maandblad Foetoeboi (Loopjongen) van J.G.A. Koenders verscheen in 1949 zijn gedicht ‘Bro’ (Adem). Met een Sticusa-opdracht verbleef hij van 1953 tot 1956 in Nederland. Daar verscheen in 1957 ‘Trotji’ (Voorzang) waarin hij aantoonde hoe een subtiele poëzietaal het Sranan kan opleveren. Zijn inspirerend voorbeeld werd door velen gevolgd (Corly Verlooghen, Eugène Rellum, Johanna Schouten-Elsenhout, Michaël Slory), maar de verstilling, bezinning en subtiliteit van zijn vers vindt men bij weinigen. Trefossa mijmert over de schoonheid van zijn land en dat wat daaraan afbreuk doet, maar liever dan een plaats op de barricaden is hem de droom, de bespiegeling, de rust. Terug in Suriname maakte hij deel uit van de redactie van de tijdschriften Tongoni (1958-1959) en Soela (1962-1964). Hij was kort directeur bibliothecaris van het Cultureel Centrum Suriname (CCS). Later ging hij weer naar Nederland om aan de uitgave van de geschriften van Johannes King te werken. Trefossa worstelde met zijn gezondheid en kwam in 1969 terecht in herstellingsoord Zonneduin in Bloemendaal. Daar ontmoette hij de toenmalige directrice Hulda Walser met wie hij in 1970 trouwde. De Ziel overleed na een wel besteed leven op 3 februari 1975. In 1977 verscheen ‘Ala puwema fu Trefossa’ uitgegeven door Bureau Volkslectuur. In 1990 werden enkele door hem geschreven proza gebundeld in een speciaal nummer van het tijdschrift ‘Mutyama’. Op 21 november 2005, kreeg de Surinaamse volksdichter alsnog zijn laatste rustplaats in zijn vaderland. Ter gelegenheid daarvan werd in opdracht van de regering van Suriname onder leiding van President Ronald Venetiaan, een grafmonument voor Trefossa opgericht op de begraafplaats Hodi Mihi, Cras Tibi aan de Dr. Sophie Redmondstraat. De urnen met de as van Trefossa en zijn vrouw Hulda Walser, werden op die dag bijgezet. Op 21 november 2006 werd een naar hem vernoemde stichting opgericht door Hans Breeveld en Johan Roozer, met als primaire doelstelling het uitdragen van het gedachtegoed van De Ziel. Jaarlijks wordt ter ere van zijn geboortedag op 15 januari in het auditorium van de inmiddels trouwe sponsor Self Reliance, de Trefossa lezing gehouden en wordt tweejaarlijks eveneens door deze hoofdsponsor de ‘Henri Frans de Ziel Cultuurprijs’ in de vorm van een geldsbedrag uitgereikt aan een persoon die zich op uitzonderlijke wijze verdienstelijk heeft gemaakt op kunst- en Cultuurgebied, in het bijzonder literatuur. Naast deze, voert de stichting ook andere activiteiten uit ter bevordering van de Surinaamse literaire ontwikkeling. Op 12 april 2010 werd bij de ingebruikname van het nieuwe gebouw van het Nationaal Archief Suriname (NAS) ook de nalatenschap van Trefossa aan Suriname overgedragen. Het literaire werk van Trefossa is van groot belang geweest voor de ontwikkeling en de opwaardering van het Sranan. De overdracht, die voor Suriname van grote cultuurhistorische waarde is, werd gedaan door Cynthia Abrahams en Cherida de Ziel. Op 12 januari 2012 werd aan de oostzijde van het presidentieel paleis een kopstuk ceremonieel onthuld.

Het kunstwerk vervaardigd door Erwin de Vries en Johan Roozer is een zichtbaar eerbetoon aan De Ziel, die de zielen van meer dan een half miljoen mensen beroert bij het zingen van het volkslied.

Carlo Jadnanansing, de stichting H.F. de Ziel, assurantiemaatschappij N.V. Self-Reliance en het ministerie van Openbare Werken hebben ervoor gezorgd dat dit project kon worden uitgevoerd.

Het tweede onderwerp is het boek over Cynthia McLeod, geschreven door Cynthia Abrahams, die ook nog jarig is op dezelfde dag

De boekpresentatie was op dezelfde dag als de grand opening van Faranaz Literair aan de Cabellstraat

Waarom een boek over Cynthia McLeaod en waarom nu?

Hoe lang heeft het geduurd om dat boek te schrijven?

Hoeveel invloed heeft Cynhia M zelf gehad erin?

Welke andere boeken heb je geschreven?

Deze vragen en meer zijn tijdens deze aflevering aan de orde geweest.

Stilte van het ongesproken woord

Proefschrift op het leven van Dobru; Ruben Ewald Ravales (2010)

Cynthia Abrahams; Auteur van het boek: “Het lot was mij gunstig gezind”

links: http://werkgroepcaraibischeletteren.nl/cynthia-abrahams-promoveert-op-r-dobru/