Via de lucht zijn microplastics, kleine plasticdeeltjes, terechtgekomen in de sneeuw op de Noordpool. Dat ontdekten Duitse en Zwitserse wetenschappers, die hun bevindingen beschrijven in het wetenschappelijke tijdschrift Science Advances.
De ontdekking is opmerkelijk, want men wist nog niet eerder hoe die plasticdeeltjes in sneeuw op de Noordpool zouden zijn gekomen. Nu blijkt dat de deeltjes zich via de atmosfeer kunnen verplaatsen, wat verklaart hoe het plastic zo ver kan komen.
Een liter sneeuw op de Noordpool bleek tot 14.400 plasticdeeltjes te bevatten. Dat is nog niet zo veel als in bijvoorbeeld Duitsland, waar 1 liter sneeuw langs een Beierse plattelandsweg ongeveer 154.000 deeltjes bevatte. De gevonden deeltjes waren tussen de 0,011 en 0,475 millimeter groot. 80 procent van de deeltjes was kleiner dan 0,025 millimeter.
Ook kan het plastic afkomstig zijn uit andere werelddelen. Eerder onderzoek wees uit dat windvlagen stofdeeltjes vanuit de Sahara 3.500 kilometer ver naar de Atlantische Oceaan kunnen brengen. Mogelijk gebeurt dat ook met plasticdeeltjes die vanuit Europa naar de Noordpool gaan.
Dat plasticdeeltjes voorkomen in zeewater, drinkwater en zelfs dieren, wisten wetenschappers al. Daarnaast is veelal onderzocht hoeveel plastic er in voedsel zit. De nieuwe bevindingen roepen de vraag op hoeveel plastic mensen inademen, meent hoofdonderzoeker Melanie Bergmann van het Zwitserse Alfred Wegener-instituut.