De wet geeft aan dat de handelsnaam overgaat bij erfopvolging en vatbaar is voor overdracht, maar een en ander slechts in verbinding met de zaak, die onder die naam wordt gedreven.
VERBODEN TEN AANZIEN VAN HET GEBRUIK VAN HANDELSNAMEN
1. De eigenaar van een zaak mag geen handelsnaam voeren, die in strijd is met de waarheid, dat de zaak geheel of gedeeltelijk aan een ander zou toebehoren.
2. Het bovenstaande is niet van toepassing indien de handelsnaam en de zaak afkomstig zijn van iemand, die de naam heeft gevoerd niet in strijd met deze wet. voorbeeld: de zaak en handelsnaam gaan door erfopvolging over naar een erfgenaam.
3. Het is de eigenaar van een zaak ook verboden een handelsnaam te voeren die in zo geringe mate van de naam van een ander afwijkt, dat door het gebruik bij het publiek verwarring van deze met de eigenaar van de zaak te duchten is.
Het is verboden een handelsnaam te voeren die in strijd met de waarheid aanduidt dat een zaak toebehoort aan een of meer personen, handelende als een vennootschap onder een firma of als een commanditaire vennootschap of wel een naamloze vennootschap, coöperatieve vereniging of andere vereniging of een stichting.
Het eerder genoemde is niet verboden, indien de handelsnaam wordt gevoerd door één persoon zonder vennoten, en de zaak afkomstig zijn van een vennootschap onder een firma of van een commanditaire vennootschap die de handelsnaam rechtmatig heeft gevoerd volgens de handelsregisterwet.
De handelsnaam duidt de vermelding van meer dan één persoon, ook al worden hun namen niet voluit genoemd, dat de zaak toebehoort aan personen, handelende als een vennootschap onder een firma.
De woorden “en companie” moet in de handelsnaam worden toegevoegd, indien het gaat om een zaak met meer dan één persoon en de ondernemingsvorm een vennootschap onder een firma of een commanditaire vennootschap is.
Het woord “Maatschappij” behoort in de handelsnaam te worden toegevoegd indien de zaak toebehoort aan een naamloze vennootschap of aan een vereniging.
Het woord “fonds” moet in de handelsnaam worden toegevoegd, indien de ondernemingsvorm een stichting is.
Het is verboden een handelsnaam te voeren die voordat de zaak onder die naam werd gedreven, reeds door een ander rechtmatig werd gevoerd, of die van diens handelsnaam slechts in geringe mate afwijkt, een en ander voor zover dientengevolge, in verband met de aard der beide zaken en de plaats, waar zij gevestigd zijn bij get publiek verwarring tussen die zaken te duchten is.
WAT KAN ER GEBEUREN INDIEN MEN IN STRIJD MET DEZE WET HANDELT?
Indien een handelsnaam wordt gevoerd in strijd met deze wet, kan ieder belanghebbende, zich wenden tot de kantonrechter van de plaats waar de zaak, het filiaal of het bijkantoor die (dat) onder de verboden handelsnaam wordt gedreven, gevestigd is, met het verzoek, degene die de verboden handelsnaam voert, te veroordelen, daarin zodanige door de rechter te bepalen wijzigingen aan te brengen, dat de onrechtmatigheid ten opzichte van de verzoeker wordt opgeheven, met veroordeling tevens van de wederpartij tot een bepaalde geldbedrag als schadevergoeding ingeval van overtreding van het bevel van de rechter.
WAT ALS DE ZAAK IS GEVESTIGD IN MEER DAN EEN KANTON?
Indien de zaak in meer dan één kanton gevestigd is, dan is bevoegd de rechter van ieder der kantons, waarin de zaak gevestigd is, ter keuze van de verzoeker. Hetzelfde geldt ingeval de zaak buiten Suriname gevestigd is, doch in meer dan één kanton een filiaal of bijkantoor heeft.
Het verzoekschrift wordt dan aan de wederpartij betekend. De kantonrechter beschikt niet op het verzoekschrift dan na verhoor of behoorlijke oproeping van partijen.
Binnen 30 dagen na de dag der beslissing van de kantonrechter kan door hem, die daarbij geheel of gedeeltelijk in het ongelijk is gesteld, hoger beroep worden ingesteld bij het Hof van Justitie, dan in raadmaker beslist. Daarbij moet het verzoekschrift aan de wederpartij worden betekend, De raadkamer beschikt niet op het verzoekschrift dan na verhoor of behoorlijke oproeping van partijen.
De rechter is bevoegd de voorlopige tenuitvoerlegging van zijn beschikking te bevelen.
Degenen die handelen in strijd met deze wet kunnen worden gestraft met een een geldboete van ten hoogste vijf honderd gulden.
Het feit wordt beschouwd als een overtreding.
Indien tijdens het plegen van de overtreding nog geen twee jaren zijn verlopen sedert een vroegere veroordeling van de schuldige wegens gelijke overtreding onherroepelijk is geworden, kan, inplaats van de geldboete, hechtenis van ten hoogste 14 dagen worden opgelegd.
Wordt de handelsnaam gevoerd door een vennootschap onder een firma, dan wordt de overtreding geacht te zijn gepleegd door ieder der vennoten;
Geschiedt het door een commanditaire vennootschap, dan wordt zij geacht te zijn gepleegd door de beherende vennoot of, zijn er meer dan één, door ieder hunner.
Geschiedt het door een naamloze vennootschap, een wederkerige waarborgmaatschappij, een coöperatieve of andere vereniging of door een stichting, dan wordt zij geacht te zijn gepleegd door de leden van het bestuur.