'Loonontwikkeling kan niet overal in Europa gelijklopen'

De lonen in Europa trekken in sommige landen stevig aan en in andere landen juist amper. Dat constateert het Internationaal Monetair Fonds (IMF).

De denktank merkt op dat er een duidelijk verschil is tussen de vijftien oudere EU-lidstaten en de landen die er sinds 2004 bijgekomen zijn. Werknemers in bijvoorbeeld Nederland mogen van het IMF best wat meer profiteren van het aantrekken van de economie.

Maar in nieuwere EU-lidstaten als Polen of Bulgarije zijn de lonen en ook de inflatie sinds het begin van deze eeuw juist hard gestegen.

Als de plussen daar niet gepaard gaan met een toename van de productiviteit dan kan de concurrentiekracht van die landen in het geding komen, waarschuwt het IMF.

Risico's

Verder wijst de denktank in het rapport over de Europese economie opnieuw op de risico's die nog roet in het eten kunnen gooien bij het aantrekken van de economie, zoals het opkomende protectionisme. Veel banken hebben daarnaast nog slechte leningen op hun balans staan.

Het gaat hier niet meer om zo'n groot probleem als een paar jaar terug, maar dit drukt volgens het IMF nog wel op de winstgevendheid van banken en de hoeveelheid krediet die beschikbaar is. Daarnaast is het zaak dat de Europese Centrale Bank (ECB) voorzichtig te werk gaat bij het afbouwen van zijn steunbeleid.

Versnelling

Over de gehele linie doet de Europese economie het goed, maar een echte flinke versnelling van de economische groei in Europa is de komende jaren niet meer te verwachten.

Daarom raadt het IMF overheden aan om van de huidige gunstige omstandigheden gebruik te maken en door te pakken met hervormingen. Mede door de genoemde risico's zijn de vooruitzichten voor de middellange termijn onlangs iets minder gunstig geworden.

Hervormingen

Hervormingen die kunnen helpen zijn bijvoorbeeld het terugbrengen van schulden of het flexibeler maken van de arbeidsmarkt. De wat meer opkomende landen in Europa hebben daarbij behoefte aan verbeterde sociale voorzieningen.

Dit zou ook de emigratie van arbeidskrachten naar het buitenland wat kunnen afremmen, omdat hun eigen land dan aantrekkelijker wordt.