NEDELAND- Premier Mark Rutte wil niet dat Nederland opdraait voor het gat in de begroting van de Europese Unie dat ontstaat met het aanstaande vertrek van het Verenigd Koninkrijk. Beloftes doet hij niet. "Dit is de inzet", zei hij. "Dit willen we bereiken."
De Tweede Kamer debatteert donderdag met de premier die vrijdag de EU-top bijwoont.
Op de top spreken de 27 EU-leiders onder andere over de nieuwe meerjarenbegroting van de Europese Unie. Dit Meerjarig Financieel Kader 2021-2027 kan weleens drastisch veranderen, vanwege de voorgenomen uittreding van het Verenigd Koninkrijk uit de EU.
Het vertrek van de Britten slaat een gat in de begroting van minstens 12 miljard euro. Nederland wordt al relatief zwaar getroffen door de Brexit en wil niet ook nog eens meer aan de EU afdragen. Voorzitter van de Europese Commissie Jean-Claude Juncker pleitte onlangs juist voor een hogere EU-begroting.
Modernisering
Als het aan Rutte ligt is het tijd om de begroting te verkleinen en te "moderniseren". De inzet van Nederland zal zijn om minder geld toe te wijzen aan landbouwbeleid en fondsen voor armere regio’s. In plaats daarvan zou de EU meer geld moeten reserveren voor zaken als grensbewaking, defensie en klimaat.
Voor de premier wachten nu stevige onderhandelingen die nog wel een tijdje kunnen duren. Nederland kan niet in zijn eentje bepalen hoe de meerjarenbegroting eruit moet komen te zien. Zoals dat gebruikelijk is in de Europese Unie, moet Nederland op zoek naar bondgenoten. Bovendien moeten alle lidstaten het met elkaar eens worden.
Rutte ziet dat Zweden, Denemarken en Oostenrijk met Nederland willen optrekken. Hoe de anderen landen in de wedstrijd zitten, zegt Rutte nog niet precies te weten. Hij ziet wel dat extra geld voor de EU-begroting ook voor andere EU-lidstaten betekent dat er meer moet worden afgedragen.
De premier verwacht dat pas "richting 2020" een besluit over het Meerjarig Financieel Kader zal worden genomen.